Behandeling

Er bestaat nog geen geneesmiddel dat pulmonale hypertensie geneest. Verder onderzoek is noodzakelijk om steeds betere en efficiëntere medicatie op de markt te brengen. De huidige behandelingen hebben de prognose verbeterd. Ze hebben een gunstige invloed op de levenskwaliteit van PH-patiënten, maar vereisen een duidelijke voorlichting en een correcte toepassing.

De behandeling hangt samen met de oorzaak van pulmonale hypertensie:
Pulmonale arteriële hypertensie (PAH) wordt via medicatie behandeld, waarbij op verschillende manieren (pathways) de bloedvaten wijder en soepeler gemaakt worden zodat het bloed gemakkelijk doorstroomt en het hart het gemakkelijker krijgt. Sommige medicatie kan via tabletten toegediend worden, voor andere medicatie is een complexere toediening vereist, via een centraal infuus (medicatiepomp).

Bij Chronische trombo-embolische pulmonale hypertensie (CTEPH), waarbij de pulmonale hypertensie een gevolg is van chronische longembolie, voert men soms een pulmonale trombo-endarteriectomie (PEA) uit, een operatie waarbij artsen de bloedklonters en verdikkingen die de grote longvaten verstoppen, verwijderen. Dit is een ernstige ingreep; tijdens de operatie moet men een kunsthart gebruiken. Een andere techniek is het vrijmaken van de bloedvaten door het uitvoeren van een ballon pulmonalis angioplastiek (BPA), waarbij men een ballonnetje via een katheter inbrengt in de bloedvaten om zo de bloedklonters weg te duwen. Bij de grote meerderheid van de patiënten kan men de longdrukken en de inspanningscapaciteit normaliseren, maar bij een klein percentage blijft de pulmonale hypertensie aanwezig en moet men die met medicatie verder behandelen.

Bij Pulmonale veneuze hypertensie ten gevolge van problemen met het linkerhart en de linkerhartklep of Pulmonale hypertensie ten gevolge van longproblemen met een chronisch zuurstoftekort, zoals chronische luchtwegobstructie (COPD) of longfibrose zal men de verhoogde bloeddruk proberen tegen te gaan door de behandeling van de longembolie, de hartproblemen en de longproblemen. Deze aandoeningen worden behandeld door cardiologen en pneumologen.

Soms, wanneer geen enkele behandeling voldoende aanslaat, kan een long- of hart- en longtransplantatie overwogen worden.

Klinische studies

Soms kan je deelnemen aan een studie waarbij nieuw ontwikkelde medicatie toegediend wordt aan een bepaalde groep patiënten. Om hiervoor in aanmerking te komen, moet je voldoen aan diverse criteria en enkel een gespecialiseerde arts kan hierover beslissen. Dergelijke studies worden in verschillende landen tegelijk opgestart en zijn aan strikte procedures en reglementen onderworpen. Via volgende link naar de site van UZ Leuven krijg je een overzicht van lopende studies.